De huid van je huis: zo renoveer je je gevel

De gevel is het visitekaartje van je huis, het eerste wat de buitenwereld ervan te zien krijgt. Veel mensen vinden het dan ook belangrijk dat hij mooi en verzorgd oogt. Een oude gevel weer in prima conditie brengen kan op verschillende manieren, van simpel tot ingrijpend. Een overzicht.

Verven

De gemakkelijkste manier om je gevel op te frissen, is wellicht, net zoals binnen, met een laagje verf. Het voordeel hiervan is dat je dat eventueel zelf kunt doen. Als je tenminste geen al te riante villa of torenhoog herenhuis hebt. En dan nog blijft het een hele klus, al staat daartegenover dat je flink wat op de kosten bespaart, tot wel 75 procent. Eventuele vochtproblemen of beschadigingen moet je wel eerst aanpakken, want die verf je niet zomaar weg. Gebruik ook dampopen verf, zodat de gevel blijft ademen en er geen vochtproblemen ontstaan.

Kaleien

Een techniek die de laatste tijd opnieuw populair wordt, is kaleien. Ook dat kun je zelf doen. Kalei is een oud middel op basis van kalk. Het is stevig, ecologisch en doordat het vrij dik is, oogt het ook zacht. Een ander voordeel is dat het een dampopen materiaal is dat de muur laat ademen. Hoewel we het meestal associëren met oude boerderijen en schuren, kun je het evengoed ook gebruiken voor gevels met een moderne uitstraling. En het hoeft niet wit te zijn, want je kunt er tal van kleuren aan toevoegen.

Crepi

Nog een stapje verder: de muur echt gaan bepleisteren. Hiervoor doe je het best een beroep op een stukadoor. Het voordeel van gevelpleister of crepi is dat het je gevel een mooie, strakke uitstraling geeft. Nog een groot pluspunt is dat je het gemakkelijk kunt combineren met muurisolatie, wat tegenwoordig vaak gebeurt. Zo heb je meteen twee vliegen in één klap.

Spuitkurk

Met pleisterwerk zijn we eigenlijk al aanbeland bij echt nieuwe gevelbekleding. Als alternatief voor crepi wordt ook spuitkurk gebruikt, een materiaal dat aantrekkelijk is qua prijs, duurzaam en ook nog eens een isolerende en vochtwerende werking heeft. Het is verkrijgbaar in verschillende korreldiktes: van een fijne korrel voor een strakke look, tot een grove korrel voor een robuustere uitstraling. Let wel: echt als isolatie voldoet het niet aan de hedendaagse normen, maar het combineert wel prima met muurisolatie.

Steenstrips

De absolute kampioenen van de nieuwe gevelbekleding blijven wellicht de steenstrips. Want de Belg blijft nu eenmaal gehecht aan zijn baksteen. Je hebt dan ook baksteenstrips in alle mogelijke vormen, maten, kleuren en sferen. Wie bijvoorbeeld wel houdt van zijn oude gevel maar die toch wil isoleren, kan kiezen voor steenstrips die de oorspronkelijke steen zo goed mogelijk benaderen. Al zullen velen wellicht kiezen voor een nieuwe look. En dat hoeft niet eens in baksteen te zijn, want ook natuursteenstrips zijn erg populair.

Hout

Wie voor een warmere uitstraling wil gaan, kan zijn gevel bekleden met hout. We kunnen het ons vandaag nog moeilijk voorstellen, maar ooit stonden er in onze steden bijna alleen maar houten huizen. Thermisch behandeld inheems hout is een ecologische keuze omdat het tropische wouden niet aantast, CO2 voor lange tijd opslaat en makkelijk recycleerbaar is. Bovendien is hout eenvoudig te plaatsen en indien nodig te herstellen. Het isoleert ook goed, al geldt ook hier weer: je moet het combineren met extra isolatie om aan de normen te voldoen. 

Gevelreiniging

Er bestaan nog tal van materialen voor gevelbekleding: leien, beton, cement, metaal, pvc… Je kunt zelfs voor een groengevel kiezen. Maar misschien wil je helemaal geen nieuwe gevel, en wil je de bestaande gevel gewoon laten schoonmaken. Zandstralen is daarvoor de bekendste techniek. Maar meteen ook de agressiefste. Mogelijk is je gevel meer gebaat bij een zachtere aanpak, zoals stoomreinigen, nevelstralen of chemisch reinigen. Laat je daarvoor adviseren door een specialist. En vaak over het hoofd gezien: je bakstenen gevel opnieuw laten voegen kan ook wonderen doen.