Goed isoleren doe je grondig en systematisch

Je woning isoleren is goed voor zowat alles: voor je energierekening uiteraard, voor het leefmilieu, je eigen welbevinden en de staat en gezondheid van je woning. Wie geen nieuwbouwwoning heeft (waar alles in één keer wordt aangepakt), werkt wellicht in stappen. Dit moet je weten voor je eraan begint.

Wie wil isoleren, gaat het best weloverwogen te werk. Dat betekent vooral: doe het meteen goed! Als je bijvoorbeeld werken laat uitvoeren waarvoor je een bouwvergunning nodig hebt, ben je verplicht aan de strenge EPB-regelgeving (voor ‘energieprestatie en binnenklimaat’) te voldoen. En denk eraan dat tegen 2050 elk huis even energiezuinig moet zijn als een energetisch performante nieuwbouwwoning van vandaag. Met ons verouderde woningpark is er dus nog heel wat werk aan de winkel.

Stappenplan

De site mijnbenovatie.be van de Vlaamse overheid (BENOveren staat voor ‘beter renoveren’) raadt voor isolatiewerken de volgende stappen aan: begin bij het dak, pak vervolgens de muren aan, daarna glas, ramen en deuren en ten slotte de vloer. Het dak wordt gezien als de muts van een woning. Net zoals een mens via zijn hoofd de meeste warmte verliest, gebeurt dat bij een huis via het dak. Een goede isolatie kan daar het warmteverlies met 30 procent verminderen. En goed geïsoleerde muren kunnen je energiefactuur met 20 tot 25 procent doen dalen.

Warm dak

Een dak wordt meestal aan de binnenkant geïsoleerd. Let er daarbij op dat je zeker voldoende dik isoleert (minstens 18 à 20 centimeter) en dat het dampscherm (bescherming tegen vocht van binnenuit) correct is aangebracht. Wie zijn hele dak vervangt, kiest beter voor isolatie langs buiten. Zo is meteen de hele dakconstructie beschermd tegen temperatuurschommelingen en verlies je minder ruimte. Bij isolatie van een plat dak is het zelfs altijd aangeraden om de isolatie langs buiten aan te brengen (een ‘warm dak’) in plaats van langs binnen (een ‘koud dak’).

Buitenmuren

De tweede stap zijn de muren. Wie een woning heeft van na 1950, heeft wellicht een spouw of ruimte tussen binnen- en buitenmuur. Die kun je laten opvullen met isolatie. Hoewel zeer nuttig, volstaat dat meestal niet om aan de steeds strenger wordende normen te voldoen. Muren (extra) isoleren doe je het best langs de buitenkant: op die manier kan je grote vlakken in één keer en zonder onderbreking isoleren, en kan je ook het materiaal beter beschermen tegen vocht. Vervang wel eerst je buitenschrijnwerk voor je de gevel isoleert en hou daarbij rekening met de nodige extra ruimte voor de isolatie.

Een goed glas

Wie zijn ramen wil vervangen, kiest het best voor hoogrendementsglas. Dat isoleert tot drie keer beter dan gewoon dubbel glas en tot zes keer beter dan enkel glas. Maar ook het kader is belangrijk: gemiddeld isoleren pvc-profielen het best, gevolgd door hout en aluminium. Vloerisolatie is de laatste stap om tot een volledig geïsoleerde bouwschil te komen. Het makkelijkst gaat dat door het plafond van de kelder te isoleren. Wie geen kelder heeft, zal in een nieuwe vloer met isolatie moeten investeren.

Gezond

Belangrijk bij het plaatsen van alle soorten isolatie, is het vermijden van koudebruggen of bouwknopen: plekken waar de isolatie niet goed aansluit of doorbroken wordt. Zo komt er kou binnen, waardoor het effect van de isolatie fel vermindert. Bovendien vormt er zich ook gemakkelijk condensatie, waardoor er schimmels en vochtproblemen kunnen ontstaan. Om problemen met vocht en slechte luchtkwaliteit te vermijden, is ook een goede ventilatie noodzakelijk. Dat kan door te verluchten, maar nog efficiënter met een ventilatiesysteem.

Betaalbaar

En wat moet dat allemaal kosten? Om een en ander betaalbaarder te maken, voorzien verschillende overheden premies. Al is dat nogal een kluwen, want je hebt federale, provinciale en gemeentelijke premies, en ook nog eens premies van de netbeheerder. Waar je recht op hebt, hangt dus af van de plek waar je woont. Een handig overzicht vind je op heel wat sites, zoals www.premiezoeker.be of www.vlaanderen.be.

Klein isolatie-alfabet

Als je informatie zoekt over isoleren, word je al snel met vakterminologie rond de oren geslagen. Daarom een snelcursus isolatiekunde.

• Het E-peil geeft aan hoe energiezuinig je woning is.
• De lambdawaarde is de warmtegeleidingswaarde van materiaal: hoe lager die waarde, hoe beter het isoleert.
• Het S-peil drukt de efficiëntie van de hele bouwschil uit: hoe lager, hoe beter.
• De R-waarde geeft de isolatiewaarde van een materiaallaag aan, en hangt af van de dikte ervan en de lambdawaarde.
• De U-waarde is de isolatiewaarde van een constructiedeel, zoals een dak of een muur, van alle materialen samen.